Een lijfrente is een financieel product waarbij je je inleg laat blokkeren tot de AOW-leeftijd. Daarmee is dit financiële product vooral bedoeld voor het opbouwen van een pensioen. Een lijfrente afsluiten kan bij verschillende financiële instellingen, zoals bijvoorbeeld een pensioenverzekeraar, belegger of bank. Over het algemeen is een lijfrente in twee soorten beschikbaar: om te sparen of om te beleggen.
Zo werkt lijfrente
Met een lijfrente is het mogelijk om een pensioen op te bouwen. Hoeveel pensioen je precies opbouwt, is afhankelijk van je inleg. Zo kun je tijdens de opbouwfase een eenmalig bedrag dat je al gespaard hebt voor je pensioen inleggen. Daarnaast kun je ook periodiek (maandelijks) geld inleggen. Je bepaalt zelf hoeveel geld je maandelijks en eenmalig inlegt, maar dat mag niet onbeperkt. Dit heet de zogenaamde jaarruimte. Een jaarruimte is meestal het pensioentekort over het voorgaande jaar.
Dat heeft te maken met belastingen. Het gaat om het verschil dat je vorig jaar mocht opbouwen met belastingvoordeel en wat je echt hebt opgebouwd. Een lijfrenteproduct kent fiscale voordelen, zoals belastingvoordeel. Je mag dan, afhankelijk van je inkomen, tussen de 37 procent en 49,5 procent van je inleg terugvragen. Je betaalt ook geen vermogensrendementsheffing in box 3 bij je inkomstenbelasting, en dat is natuurlijk gunstig.
Lijfrente werkt met aandelen
Een lijfrente werkt aan de hand van aandelen. Beleg je lijfrente, dan betekent dit dat de financiële instelling met jouw inleg aan de slag gaat, meestal op de beurs aan de hand van aandelen. Door je inleg te beleggen, probeert de financiële instelling om van je inleg meer geld te maken. Dat noemen de financiële experts vaak ook ‘het geld aan het werk zetten’.
In principe wordt het geld net zolang belegd totdat je met pensioen gaat. Daar zijn uiteraard risico’s aan verbonden. Net als bij ieder ander beleggingsproduct kun je je inleg verliezen. Maar de risico’s nemen na verloop van tijd wel af. Ben je bijvoorbeeld in de 30 en ga je nog lang niet met pensioen, dan is het risicoprofiel vaak offensief. Dit houdt in dat de belegger meer risico’s neemt bij het kopen van aandelen. Er is dan een grote kans dat je eerst verlies maakt op je inleg. Hoe dichter je bij je pensioengerechtigde leeftijd komt, hoe verder het risico wordt afgebouwd. De risico’s die werden genomen toen je 30 was, worden niet meer genomen als je al 64 bent. Het risicoprofiel gaat dus geleidelijk over van offensief naar defensief. Bekijk ook ons tips en het laatste nieuws over aandelen, zodat je goed op de hoogte bent van alles op het gebied van aandelen.
Lijfrente uit laten keren
Als je gedurende je werkende leven steeds geld hebt ingelegd tijdens de opbouwfase, is er met dat geld aandelen gekocht en heeft de financiële instelling zeer waarschijnlijk winst gemaakt. Als je met pensioen gaat, kun je daarvan profiteren. Deze fase noemen we de uitkeringsfase. Met het pensioenvermogen dat je hebt opgebouwd, kun je een lijfrente-uitkering kopen. Dit is een periodieke uitkering die je krijgt als je met pensioen gaat. Je mag zelf kiezen bij welke financiële aanbieder je de lijfrente-uitkering wil kopen. De financiële instelling waar je belegd hebt, betaalt het geld namelijk uit.
Het is belangrijk dat je goed oplet als je bijna met pensioen gaat. Je hebt namelijk 5 jaar de tijd nadat je de AOW-leeftijd hebt bereikt om dit te regelen. De uitkering die je krijgt, is een bruto-inkomen. Dat betekent dat je alsnog belasting moet betalen over je inkomen en daar dus minder aan overhoudt. Over het algemeen is die belasting minder dan als je zelf geld spaart of belegt.
- Dit moet je weten over lijfrente en aandelen - 2 april 2024
- De toekomst van aandelen met de opkomst van crypto - 29 november 2023
- Douglas wil naar de beurs in Frankfurt - 11 augustus 2023